Waarom de Mentortool?
Mentoren in het voortgezet onderwijs zijn vaak veel tijd kwijt aan het bestuderen van de omvangrijke dossiers van de nieuwe brugklassers.
Meestal worden door de mentoren zelf groepsoverzichten gemaakt van de instroomgegevens. Daarbij gaat het om zaken als het didactisch niveau,
de cito scores, eventuele (leer-)stoornissen, e.d. De Mentortool is ontwikkeld om de mentoren hierbij te ondersteunen. Het systeem genereert
o.a. automatisch heldere groepsoverzichten van didactische toetsen (LVS en cito-eindtoets), het intelligentieniveau, de leerlingkenmerken
(sociaal-emotioneel en werkhouding) en eventuele indicaties (LGF, LWOO). Omdat deze objectieve gegevens in de applicatie grafisch worden
weergegeven komen leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben snel en overzichtelijk in beeld. Op basis van deze overzichten kan de
mentor voor de vakleerkrachten, die vaak aan meerdere brugklassen les gaan geven, snel en compact in beeld brengen hoe de klas in elkaar zit
en wat dat betekent voor hun pedagogische en didactische aanpak.
Hoe werkt het?
De applicatie is gekoppeld aan LDOS en de daarin verwerkte gegevens van het onderwijskundig rapport van de aangemelde leerlingen worden middels
een webservice overgezet naar de Mentortool. Daarmee zijn de leerlinggegevens in één keer beschikbaar als de klassen zijn ingedeeld. De
applicatie kan ook gebruikt worden als ondersteuning voor het aanmaken en indelen van klassen op bepaalde leerlingkenmerken als dat gewenst is.
In de Mentortool kunnen toetsgegevens worden toegevoegd, waardoor een doorlopende ontwikkelingslijn zichtbaar wordt. Tevens kan in de applicatie een nieuw onderwijskundig rapport worden aangemaakt. Verder kunnen leerlingen worden aangemeld bij het samenwerkingsverband voor bovenschoolse ondersteuning en kunnen leerlingen overgedragen worden van VO naar VO. Beide laatstgenoemde elementen zijn afhankelijk van de inrichting van de individuele samenwerkingsverbanden en dus maatwerk.
In de Mentortool kunnen toetsgegevens worden toegevoegd, waardoor een doorlopende ontwikkelingslijn zichtbaar wordt. Tevens kan in de applicatie een nieuw onderwijskundig rapport worden aangemaakt. Verder kunnen leerlingen worden aangemeld bij het samenwerkingsverband voor bovenschoolse ondersteuning en kunnen leerlingen overgedragen worden van VO naar VO. Beide laatstgenoemde elementen zijn afhankelijk van de inrichting van de individuele samenwerkingsverbanden en dus maatwerk.
Wie hebben toegang?
In het voortgezet onderwijs hebben de mentoren toegang tot de gegevens van de eigen klas. Meestal is de zorgcoördinator van de school degene
die het totaaloverzicht heeft. Dit kan natuurlijk ook anders belegd worden.